Meewerken ten goede ....!

... ‘En wij weten, dat voor degenen, die God liefhebben, alle dingen meewerken ten goede …
Rom. 8 : 28a

Ze zei het zo eenvoudig: Als God maar voor mij is.

Ze had volgens de dokter niet lang meer te leven. En toen ik haar vroeg hoe ze daar mee omging, zei ze die tekst uit Romeinen 8, zo geladen, vol van hoop. Want dat wil die tekst zeggen: dat er hoop is, door de diepten heen. Als God voor ons is, kan niemand ons scheiden van Zijn liefde in Christus. En dat is troost in leven en in sterven.

Paulus heeft het in dit hoofdstuk over het lijden.

De gemeenteleden in Rome voelden die pijn. Ze begrepen het niet. Waarom gebeurde dit allemaal? Paulus probeert dat lijden niet weg te praten. Hij zet dat lijden in een ander licht. De oorzaak ligt diep. Door de zonde is er veel kapot gegaan en wordt er veel geleden. Maar dat is niet alles wat erover te zeggen is. God heeft naar die gebroken schepping omgezien. Hij heeft Zijn eigen Zoon gegeven. Overgegeven om die verloren lijdende wereld te redden. Niet de zonde heeft het laatste woord, maar Gods redding. Daarom is die pijn meer dan pijn alleen. Het is als met barensweeën: Pijn doet het, maar er komt iets nieuws, Gods toekomst komt, waarin alles wat pijn doet, verdwenen zal zijn en alle tranen van de ogen afgewist zullen worden.

Tot zolang zal er pijn geleden worden. Ook door gelovigen. Door de een meer dan door de ander, maar niemand ontkomt er aan. Dat zien we om ons heen, dat merken we in ons eigen leven. Zeker als we ouder worden. Is er dan nog meer te zeggen dan dat het leven pijn doet? Ja, zegt Paulus er is meer. Wij weten dat alle dingen meewerken ten goede. Alle dingen? Ja, alle dingen! Niet alleen de mooie en fijne dingen. Maar ook de moeilijke en verdrietige dingen. Alle dingen werken mee ten goede.

Dat betekent niet, dat verdriet en pijn je niet deren. Of dat je er wel tegen kunt als je maar gelooft. Paulus wil ons iets laten horen. Hij heeft de boodschap van het evangelie verteld. Van Jezus, die gestorven én opgestaan is. Hij is door die pijn en lijden heengegaan. Maar Hij is er niet in blijven steken. Hij is opgestaan. Hij heeft een weg gebaand door de pijn heen, zelfs door de dood heen. Op de Paasmorgen is – na het donker van het lijden! – het licht van de overwinning doorgebroken. Jezus is overwinnaar! Dat is wat ons verkondigd wordt: het licht overwint.

En daarom weten we, dat voor wie God liefhebben alle dingen meewerken ten goede. Het is de belofte van God voor allen, die op de Here Jezus vertrouwen. Want die moeten misschien wel door de diepten van de pijn heen, maar ze zullen niet beschaamd uitkomen. Daar wil Paulus ons brengen. Bij die belofte van God. Bij dat weten, dat ook in uw leven alle dingen meewerken ten goede, als u op de Here Jezus vertrouwt. Meer vraagt God niet, met minder kunt u niet toe. Dat alleen is genoeg: vertrouwen op de Heiland, God liefhebben omdat Hij Zoon gaf. Voor u!

Maar dan mag u ook zeker weten, dat alles meewerkt ten goede. Niet dat u dan begrijpt waarom de dingen gebeuren. Ga daar ook niet naar op zoek. Maar hoor in alles die stem van de roepende God: Ik zal u niet begeven en Ik zal u niet verlaten. Houd het op wat Hij zegt. Zijn Woord is betrouwbaar. Hij brengt de zijnen thuis. Want ze zijn gekocht en zullen Hem zien, Die de tranen van de ogen afwist. Ze zullen het goed hebben, bij Hem. Ze zullen eeuwig leven.