Verschenen - Verschijnen

... Verschenen - -Verschijnen

Verschenen - Verschijnen Titus 2:11-14

“De zaligmakende genade van God is verschenen aan alle mensen”

Het kerstfeest ligt achter ons, maar de kerkelijke kalender noemt deze periode Epifaniëntijd. De tijd waarin we de verschijning (Grieks: epifaneia) van Christus overdenken en vieren en hopelijk uitleven. De Here Jezus is niet alleen geboren, Hij is verschenen! Wat eerst verborgen en onzichtbaar was, is aan het licht gekomen. De levende God Zelf wordt zichtbaar in de mensenwereld. Gods reddende genade is nu openbaar geworden. God biedt zaligheid en eeuwig leven aan voor de hele mensheid. Niemand van ons is een té grote zondaar!

Meerdere teksten beschrijven (bezingen!) de betekenis. ‘De Zoon van God is verschenen om de daden van de duivel teniet te doen.’ ‘De Opgang uit de hoogte ziet naar ons om en verschijnt aan hen die zitten in de doodsschaduw, om onze voeten te richten op de weg van de vrede (lofzang Zacharias).’ Voor meerderen van ons is er letterlijk, lichamelijk, doodsdreiging. Bij anderen is het van binnen een dooie boel. Maar Christus is verschenen om ons te leiden naar Gods volle vrede! ‘Maar toen de goedertierenheid van God, onze Zaligmaker, en Zijn liefde tot de mensen verschenen is, maakte Hij ons zalig, niet op grond van onze rechtvaardige daden, maar op grond van Zijn barmhartigheid. (Titus 3:4)’ Het is goed om al die goedheid en genade van God nog eens te overdenken. Om ons te verwonderen over zo’n groot geluk en die onverdiende reddingsactie van de Here! Komt laten wij aanbidden!

Paulus benoemt ook de gevolgen die het verschijnen van Gods genade in Christus heeft in ons dagelijks leven. Zo leren we duidelijke en drastische keuzes te maken: goddeloosheid en wereldse begeerten verloochenen enerzijds. Als God ons niet beschermt en leert, worden we zomaar meegenomen in dezelfde verlangens van macht, roem, en steeds meer spullen. We leven zomaar veel te los van God en Zijn wil en kracht. En anderzijds leert Gods genade positief op een bezonnen, rechtvaardige en godvrezende manier leven. Met ontzag voor God, terwijl we leven voor Zijn eer en onze naaste en de natuur recht doen.

Als we verwonderd en dankbaar leven van Christus’ eerste verschijning, zullen we ook Zijn tweede verschijning verwachten. Onze toekomstverwachting en hoop is heel persoonlijk: ‘uitziend naar de komst van Hem, die ik als mijn Heiland ken.’ Met verlangen uitzien naar die grote dag. Zijn eerste verschijning was nederig en zwak, maar dán komt Hij ‘met grote heerlijkheid en kracht.’ Hij zal koninklijk verschijnen als Rechter (2 Tim. 4:1). Hoe zullen we U dan ontvangen? Hoe wilt U zijn ontmoet? We mogen Zijn verschijning, de eerste en de tweede, gaan liefhebben, met diepe dankbaarheid!

Nog eens zal Hij verschijnen

Als richter van ’t heelal,

Die ’t hoofd van al de zijnen

Voor eeuwig kronen zal.

Nog is die dag verborgen,

Wacht hem gelovig af,

Terwijl de grote morgen

Reeds schemert boven ’t graf.

A.T. van Blijderveen